Chondroïtine en glucosamine
Chondroïtine en glucosamine zijn stoffen die onder andere voorkomen in het kraakbeen van gewrichten en zorgen voor goede opbouw en reparatie na schade. Bij artrose ('slijtage') is de kwaliteit van het kraakbeen afgenomen. Er kunnen klachten als pijn en stijfheid ontstaan. Het idee bestaat dat het eten van chondroïtine en glucosamine zou kunnen helpen bij het verbeteren van artrose. Aldus kwamen deze stoffen in de commerciele handel en zorgen inmiddels voor een miljoenen omzet. Toch bestaat er twijfel over de werkzaamheid.
Effectiviteit chrondroïtine en glucosamine
In 2015 werd door een gerenommerde onderzoeksgroep (Cochrane) een literatuurstudie naar de effectiviteit gepubliceerd. In deze studie werden alle onderzoeken verzameld die gedaan waren naar de effectiviteit van deze middelen. Uiteindelijk kwamen er 43 onderzoeken door de selectie, en de uitkomsten van deze onderzoeken werden samengevat. De meeste onderzoeken gingen over de effecten bij knieartrose, en een beperkt aantal bij heup- en handartrose. Helaas waren de meeste onderzoek van matige kwaliteit. Gekeken werd naar de afname van de klachten. Ook werd gekeken naar de verandering in grootte van de gewrichtsspleet, wat als een maat gezien kan worden van de kwaliteit van het kraakbeen. De conclusie was: glucosamine en chondroïtine en de combinatie geven, in vergelijking met placebo, op de korte termijn een geringe verbetering van de klachten zonder al te veel nare bijeffecten. De studies die voldeden aan hoge kwaliteitsnormen lieten echter geen duidelijk effect zien.
Een ander onderzoek
In een recent gepubliceerd dierexperimenteel onderzoek werd opzettelijke schade aan het kraakbeen van een gewricht toegebracht. Therapie met chondroïtine en glucosamine gaf geen herstel te zien. Weliswaar zijn resultaten bij dierproeven niet direct toepasbaar op mensen. Maar aangezien de biologie van het kraakbeen hetzelfde is matigt deze studie wederom het optimisme over de therapie met chondroïtine en glucosamine.
Advies
Wel of niet gebruiken bij artrose-klachten? Het advies van de Nederlandse Orthopaedische Vereniging uit 2007 bewandelde een middenweg: probeer het gedurende 3 maanden uit. Merkt u dan geen effect? Stop ermee. In een recentere richtlijn uit 2018 echter worden de middelen helemaal niet meer genoemd.
Bronnen
Singh JA et al. Chondroitin for osteoarthritis. Cochrane Database Syst Rev. 2015 Jan 28;1:CD005614.
Roman-Blas JA et al. The combined therapy with chondroitin sulfate plus glucosamine sulfate or chondroitin sulfate plus glucosamine hydrochloride does not improve joint damage in an experimental model of knee osteoarthritis in rabbits. Eur J Pharmacol. 2017;794:8-14.
NOV 2007. Diagnostiek en behandeling van heup- en knieartrose.
tstaan. Het idee bestaat dat het eten van chondroïtine en glucosamine zou kunnen helpen bij het verbeteren van artrose. Aldus kwamen deze stoffen in de commerciele handel en zorgen inmiddels voor een miljoenen omzet. Toch bestaat er twijfel over de werkzaamheid.
Effectiviteit chrondroïtine en glucosamine
In 2015 werd door een gerenommerde onderzoeksgroep (Cochrane) een literatuurstudie naar de effectiviteit gepubliceerd. In deze studie werden alle onderzoeken verzameld die gedaan waren naar de effectiviteit van deze middelen. Uiteindelijk kwamen er 43 onderzoeken door de selectie, en de uitkomsten van deze onderzoeken werden samengevat. De meeste onderzoeken gingen over de effecten bij knieartrose, en een beperkt aantal bij heup- en handartrose. Helaas waren de meeste onderzoek van matige kwaliteit. Gekeken werd naar de afname van de klachten. Ook werd gekeken naar de verandering in grootte van de gewrichtsspleet, wat als een maat gezien kan worden van de kwaliteit van het kraakbeen. De conclusie was: glucosamine en chondroïtine en de combinatie geven, in vergelijking met placebo, op de korte termijn een geringe verbetering van de klachten zonder al te veel nare bijeffecten. De studies die voldeden aan hoge kwaliteitsnormen lieten echter geen duidelijk effect zien.
Een ander onderzoek
In een recent gepubliceerd dierexperimenteel onderzoek werd opzettelijke schade aan het kraakbeen van een gewricht toegebracht. Therapie met chondroïtine en glucosamine gaf geen herstel te zien. Weliswaar zijn resultaten bij dierproeven niet direct toepasbaar op mensen. Maar aangezien de biologie van het kraakbeen hetzelfde is matigt deze studie wederom het optimisme over de therapie met chondroïtine en glucosamine.
Advies
Wel of niet gebruiken bij artrose-klachten? Het advies van de Nederlandse Orthopaedische Vereniging uit 2007 bewandelde een middenweg: probeer het gedurende 3 maanden uit. Merkt u dan geen effect? Stop ermee. In een recentere richtlijn uit 2018 echter worden de middelen helemaal niet meer genoemd.
Bronnen:
Singh JA et al. Chondroitin for osteoarthritis. Cochrane Database Syst Rev. 2015 Jan 28;1:CD005614.
Roman-Blas JA et al. The combined therapy with chondroitin sulfate plus glucosamine sulfate or chondroitin sulfate plus glucosamine hydrochloride does not improve joint damage in an experimental model of knee osteoarthritis in rabbits. Eur J Pharmacol. 2017;794:8-14.
NOV 2007. Diagnostiek en behandeling van heup- en knieartrose.
https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/artrose_in_heup_of_knie/behandeling_heup-_of_knieartrose.html